maandag 18 juni 2012

Van Heijsten, een familie van brouwers- of boeren?

Deze informatie hebben we ontleend aan Wikipedia, met dank aan Peter Van Heijst die dit opzocht. Hij is ook verantwoordelijk voor het tot nu toe uitgevoerde stamboomonderzoek. Het gaat hier om "onze" familie. Misschien wordt hierdoor verklaard waarom het woord bier mooie gedachten bij ons losmaakt.


Van Aldegondebaan 7
Locatie
Van Aldegondebaan 7, Bergen op Zoom
Oorspronkelijke functie
Huidig gebruik
momenteel leeg
Start bouw
Bouw gereed
Opening
17 juli 1874
Sluiting
1930
Verbouwing
1946, 1963, 1975, 2001
Status
Rijksmonument
Monumentnummer
Architect
J. Weyts
Eigenaar
W.F.M. de Kort

Het pand op het adres Van Aldegondebaan 7 in de stad Bergen op Zoom in de Nederlandse provincie Noord-Brabant is een Rijksmonument met nummer 517118.[1]. In het gebouw was een bierbrouwerij gevestigd. Het pand staat momenteel leeg.

Het pand is in 1873 gebouwd in opdracht van de industrieel Arnoldus Asselbergs. Voor de bouw werden stenen gebruikt die afkomstig waren uit de vestingmuren van de stad, die op dat moment gesloopt werden. Na voltooiing van de bouw werd er in het pand een brouwerij gevestigd, met de naam "Bergen op Zoomsche Beiersche Bierbrouwerij Asselbergs, van Heijst en Co". De familie Van Heijst was een brouwersfamilie, afkomstig uit Waalwijk, die naar Bergen op Zoom was gekomen om de brouwerij draaiende te houden.

De brouwerij in Bergen op Zoom begon met het brouwen van bier van lage gisting. Toen er kwaliteitseisen aan het bier werden gesteld, zorgde dat voor problemen op de Nederlandse afzetmarkt. De brouwerij ging zich daarna steeds meer richten op België, tot daar in 1930 de grenzen dichtgingen voor Nederlands bier.

Na het faillissement van de brouwerij zijn er verschillende instellingen in het pand gehuisvest:
1946–1975: B3 vruchtensappen 
1975–2000: Intraco Aluminium BV
2001–2011: een afdeling van het Luzac College

Anno 2012 staat het pand te huur. In de buurt van de Van Aldegondebaan bevindt zich een straat die Brouwerijbaan heet, deze naam herinnert aan de vroegere functie van genoemd pand. Twee foto's eentje van vroeger en een van nu.


En zo ziet het pand er nu uit:

Over de brouwerij het volgende nog: Op 27 februari 1873 krijgt Arnoldus toestemming om samen met de familie van Heijst, een bierbrouwerij op te richten. Deze bierbrouwerij, genaamd "Bergen op Zoomsche Beierschbier Brouwerij Asselbergs, Van Heijst en Co.", werd in 1873 gebouwd van stenen welke vrijkwamen uit de sloop van de vestingwerken in Bergen op Zoom. Arnoldus Asselbergs is in 1875 voor meer dan honderdduizend gulden betrokken in deze bierbrouwerij. Veel plezier heeft hij niet aan deze bierbrouwerij beleefd, want in 1878 vermeldt zijn aandeel in deze onderneming slechts "pro memorie" zonder een bedrag te noemen.





het bierflesje waarin het kostelijke gerstenat werd getransporteerd.


het bierviltje waarop het flesje en het glas werden geplaatst.



Later zou Arnoldus de brouwerij van Méganck en Witte in de Engelsestraat te Bergen op Zoom kopen. De leiding in deze nieuwe brouwerij kregen Adrianus Antonius van Heijst en zijn zoon Petrus Cornelis Adrianus van Heijst.

Petrus Cornelis Adrianus van Heijst vestigde zich op 28 juni 1873 vanuit Waalwijk,  samen met zijn vader Adrianus Antonius in Bergen op Zoom. Evenals zijn vader is ook hij bierbrouwer van beroep.Zoals we hierboven kunnen lezen was hij deelgenoot in de Beiersche bierbrouwerij. De term Beiersch wordt in deze tijd veelal gebruikt om aan te geven, dat men volgens de in 1852 in Nederland ingevoerde nieuwe methode van ondergisting brouwde. Het echtpaar van Heijst-Asselbergs had als bijnaam Pietje-Pietje.
Buiten zijn werkzaamheden in de brouwerij was Petrus Cornelis Adrianus van Heijst in zijn woonplaats ook actief als regent van het R.K. Weeshuis als lid van het kerkbestuur van de parochie van de H. Joseph en als lid van de Raad van Bestuur van de Sint Josephs-Gezellen vereeniging. Tevens was hij lid van de gemeenteraad van Bergen op Zoom. Van hem werd in 1889 een geschreven portret door de toenmalige verslaggever van de Nieuwe Bredasche Courant gemaakt. Hier volgt de letterlijke tekst:
Of de heer Van Heijst, die in vroegere jaargangen van De Tijdspiegel zulke fraaie verzen schreef, dezelfde persoon is als ons raadlid van dien naam, is ons nog niet mogen gelukken te ontdekken, en om het op den man af te vragen vonden wij minder gewenscht. Maar, dichter of niet, dat ons raadslid er uitziet als een poëet staat als een paal boven water. Niet als een zuchtend en smachtend nerveus troubadour of een miskend genie met golvende lokken en kwijnende blikken, met wangen zoo bleek als een oud trommelvel, maar als een zanger die slechts de lichtzijde van het leven kent en door zijne vroolijke en guitige verzen vonken van levensvreugd doet spatten op menigeen's zoo duister levenspad. Zijn welgevormde neus doet denken aan de Génestet, de goudgebrilde,vroolijke oogen aan van Zeggelen, het hooge voorhoofd aan den al te vroeg ontslapen Lord Byron. Hij heeft den eerwaarden schedel van een professor in de crânologie, en wangen als een welgevoed en goedgezond jongmensch van 40 jaar, terwijl uit heel zijn prettige verschijning al de bonhomie van Cremer spreekt. Met Piet Paaltjens heeft hij alleen den zwaren knevel gemeen, die hij echter kort is afgesneden langs den rand der bovenlip. Voeg bij dit alles een onberispelijk costuum, dan hebt ge wat de dames noemen: een knappe man. De heer Van Heijst is een van die menschen, bij wien ge U dadelijk tehuis gevoelt. Werkzaam, algemeen ontwikkeld en even algemeen geacht, is hij de nijvere deelgenoot in de stoombierbrouwerij der firma Asselbergs, Van Heijst en Co. Merken wij terloops even op, dat die brouwerij met hare grillige vormen, uit ouden vestingsteen gebouwd op eene hoogte langs het spoor, U denken doet aan een roofslot uit de middeleeuwen. Keeren wij echter tot onzen slotvoogd terug. Hoewel nog betrekkelijk kort zitting hebbende in den raad, zouden wij den heer Van Heijst willen beschouwen als de type van een raadslid. Trouw woont hij iedere zitting bij en even trouw neemt hij inzage van de ter visie liggende stukken. Lang praten doet hij nooit. Is een of ander hem duister en verlangt hij inlichtingen, dan doet hij een korte en duidelijke vraag, maakt nu en dan een even korte en even duidelijke opmerking en stemt met blijkbare overtuiging. Hebben onze raadszittingen somwijlen veel gelijkenis met de bijeenkomst van eene rouwende familie die een erfenis deelt, en komen er hartstochten in het spel, dan doet de heer Van Heijst niet mee, terwijl zijn lachend gelaat schijnt te zeggen: "Vecht maar raak, mijn portie is voor de armen". Zoo is de heer Van Heijst de eenige bijna die eens recht gul en hartelijk lachen kan, terwijl er velen zijn die meenen, dat de gemeentebelangen het best behartigd worden door het zetten van een zuur gezicht, wat toch heusch het geval niet is.
Maar: klopt dit allemaal? Wat vond Peter van Heijst nog meer in de registers van de burgerlijke stand? Let goed op! We gaan even enkele eeuwen terug in de geschiedenis.....

Hier zien we een afdruk van de geboorteakte van Cornelis van Heijst. Daar valt te lezen dat op 21 januari 1865 de heer Adriaan van Heijst, gehuwd met Adriana Cornelia Franken, op 42-jarige leeftijd, in Wouw aangifte doet van de geboorte van Cornelis van Heijst. Adriaan van Heijst geeft als beroep op: landbouwer. Zijn vrouw is zonder beroep.
Die Adriaan is de derde zoon uit een gezin van vier kinderen: Johannes van Hest, Wilhelmus van Heijst, Adriaan en Anthoni van Heijst. Zijn vader is Marijnus van Hest, die ook in de boeken voorkomt als Marijn van Heijst, van beroep bouwman; moeder is Johanna Uijtdewilligen, van beroep bouweresse. Marijnus is 36 jaar en zijn vrouw 28 als op 27 juli 1822 Adriaan van Heijst wordt geboren. Hij zal leven tot 9 januari 1890 wanneer hij op 67-jarige leeftijd sterft te Roosendaal en Nispen, zijn beroep zal landbouwer zijn. Cornelis is dus een zoon van deze Adriaan, die weer zoon is van Marijnus.
Gaan we nog een stap terug in de tijd, dan zien we dat Marijnus van Hest/Heijst zoon is van Wilhelmus van Hest, oftewel Willem van Heijst, van beroep winkelier, die was getrouwd  met Johanna Goorden, van beroep bouweresse. Marijnus wordt geboren op 14 juni 1784 in Oud- en Nieuw Gastel en overlijdt al jong, op 42-jarige leeftijd op 7 oktober 1826 te Wouw. Hij is dan op 8 augustus 1818 in Wouw getrouwd met de eerder genoemde Johanna Uijtdewilligen.


Cornelis van Heijst wordt geboren te Wouw. Hij is 34 jaar oud, en zijn vrouw Maria Damen (geboren te Steenbergen) 25 jaar als hij op 23 oktober 1899 aangifte doet in Calmpthout van zijn op de 21e oktober, om zeven uur 's avonds geboren zoon Adrianus, de stamvader van ons geslacht. Ook Cornelis geeft als beroep op landbouwer! Hij boert op dat moment op wat genoemd wordt Het Leeg in de Kalmthoutse Hoek, een bijzonder schraal gebied waar de oogsten niet bijster groot geweest zullen zijn. Later zal hij met zijn gezin verhuizen naar de hoeve De Lange Steen, die ligt nabij het landgoed Mattemburgh op Bergen op Zooms grondgebied.


Hier een foto van de familie Van Heijst destijds:


Tweede van links is Adrianus van Heijst, die later zal trouwen met Johanna Kroonen en die ook een familie zal stichten, zie onderstaande foto:


Dit verhaal klopt als een bus. Het komt overeen met het bidprentje van "onze" vader en grootvader Adrianus van Heijst: geboren te Calmpthout op 21 oktober 1899 en overleden in Ziekenhuis Lievensberg op 9 februari 1972.




Een foto van Adrianus van Heijst en zijn echtgenote, Johanna van Heijst- Kroonen.





Dus onze familielijn langs de mannelijke lijn is, eenvoudig gezegd, als volgt:
Wilhelmus van Hest/van Heijst, winkelier;
Marijnus van Hest/van Heijst, bouwman (dat betekent: boer);
Adriaan van Heijst, landbouwer;
Cornelis van Heijst, landbouwer;
Adrianus van Heijst- onze opa: vele beroepen, zelfs tegelijkertijd.

Maar.... hoe leggen we nu de link met de brouwer die uit Waalwijk kwam, of heeft deze geen verbintenis met onze familietak? Er waren meer Van Heijsten in Bergen op Zoom, zoals een leraar scheikunde op het Mollerlyceum... Zijn wij nu een familie van brouwers of landbouwers?

Volgens ons heeft ons geslacht niets met de bierbrouwers te maken, maar zijn we  landbouwers die boerden in de omgeving van Wouw, Roosendaal, de grens over naar Kalmthoutse Hoek, waarna we in Bergen op Zoom terechtkwamen. Van daar uit is de familie weer uitgewaaierd over Nederland.
Ondertussen gaan we wel verder met onze speurtocht. Wie waren de broers en zus van Opa van Heijst? Welke beroepen hadden zij? Hoe zat de familie van Oma Van Heijst- Kroonen in elkaar?
En heeft u tips: ze zijn van harte welkom! Elke herinnering is het waard om te worden nagetrokken.

Aanvullende informatie van tante Riky:

"Opa kwam inderdaad uit een gezin van 5. Hij had een broer en drie zussen. De eerste was Tante Kee, die was getrouwd met Piet Heijnen. Ze woonde in Stampersgat aan de Antoniusdijk (het huis staat er nog steeds, het is aan een kanaal). Ze hadden drie zonen Jan, Jos, en Nil. Ze was 14 maanden jonger dan opa.
Dan tante Kaat, die was getrouwd met Janus Jongenelen, en die had ook, geloof ik 4 kinderen. 
Dan tante Jans, die was getrouwd met Jan Tempelaars. Zij had een zoon en een dochter, Frie en Riet. Frie woont in Hoogerheide en Riet, getrouwd met Harry Homs, woont in Bergen op Zoom.
Tante Jans is, ik denk 8 of 9 jaar geleden overleden. Zij was ook, samen met Toon van Heijst bij ons thuis opgevoed. Zij was 7 jaar en ome Toon 10 jaar.

Oma kwam uit een gezin van 4 kinderen.
Leendert, die was getrouwd, met Jans van de Kastelen. Hij had een cafeetje aan de Moerstraatsebaan. Wat hij verder nog gedaan heeft weet ik niet. Hij had veel kinderen. .
Dan kwam oma.
Na oma kwam tante Nel, die heeft in Antwerpen een kapsalon gehad. Dat was een echt Belgisch madammeke. Haar man is vroeg overleden. Heel veel later heeft ze nog wel een man gehad, maar daarmee is ze is er niet meer getrouwd. Wij noemden hem Nonkel Jaques.
Dan haar jongste zuster, tante Jans. Zij was getrouwd met Peet Hagenaars. Ome Peet had een groentenhandeltje. Weet je zo'n autootje, met aan de voorkant een wiel, een laadbak(je) achterop, en uiteraard twee wielen van achter!
Tante Jans dreef het winkeltje, aan de Zandstraat te Bergen op Zoom. Zij hadden 4 kinderen: Ad, Henny, Jopie en Sjakie. 


Bronnen, noten en/of referenties
  1. Rijksmonumentnr: 517118 op de pagina van het Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Geen opmerkingen:

Een reactie posten